|
Tegenwoordig worden de olijven in een
elektrische maalmachine tot pulp gemalen. Deze pulp wordt verdund
met een beetje lauw water om bewerkt te kunnen worden in een machine
die de olie van de pulp scheidt. De olie loopt er langzaam uit. De
eerste olie is natuurlijk van de beste kwaliteit, maar het persen
duurt maar twintig minuten. Dan is er de laatste fase waarin de olie
ontdaan moet worden van vocht en ongerechtigheden. Dit kan op twee
manieren: door klaren (laten bezinken) of door centrifugeren. Het
klaren gebeurt in grote roestvrijstalen vaten en duurt 30 tot 36
uur, de tijd die olie nodig heeft om boven te laten komen. Door de
olie nog eens twee maanden langer te laten bezinken bezinken ook de
afvalstoffen en wordt een ouderwetse traditionele kwaliteit
verkregen. Het elektrisch centrifugeren is een ruwere maar ook veel
snellere methode. In plaats van het lange ‘extra’ bezinken,
wordt de olie via filters de mooi gouden en heldere kleur te geven.
Dit filteren gebeurt vlak voor het bottelen. Het is niet verplicht
en sommigen geven de voorkeur aan olijfolie in zijn originele
troebele staat, omdat aroma’s beter bewaard blijven. Voor de
productie van extra vierge olijfolie worden de bedrijven
regelmatig gecontroleerd.
|